Historisch Overzicht H.1,2,3,4 en 5

In Nederland van 1900 tot ongeveer 1950 was de bevolking in vier strikt gescheiden groepen verdeeld. Katholieken, protestanten, socialisten en de rest. Hoe noemen we die indeling in bevolkingsgroepen?
Deze krant hoort bij een bepaalde bevolkingsgroep. Bij welke groep?
1. socialisten
2. liberalen
3. confessionelen
Welke groep streed het hardst tegen drankmisbruik?
1. socialisten
2. confessionelen
3. liberalen
Welke drie zinnen zijn juist?
1. In 1900 telde Ned. 5 miljoen inwoners
2. In 1920 telde Ned. 7 miljoen inwoners
3. In 1920 woonde ¼ in de stad
4. In 1920 woonde de helft van de bevolking in de stad.
5. In 1920 had Nederland 10 miljoen inwoners.
Welke drie zinnen passen bij deze afbeelding.
1. Arbeiders organiseren zich in vakbonden en politieke partijen.
2. In 1903 bij de spoorwegstaking ligt: ‘Gansch het raderwerk stil’.
3. Deze cartoon is door een socialist getekend.
4. De grote man stelt de directeur van de spoorwegen voor.
Welke zin over het algemeen kiesrecht is juist?
1. Arbeiders, feministen en vakbonden strijden voor stemrecht voor iedereen.
2. Protestanten en de kerk strijden voor algemeen kiesrecht.
3. Liberalen en confessionelen strijden voor algemeen kiesrecht.
Welke zin is juist?
1. Steeds minder mensen werken in de landbouw en de visserij. De industrie groeit.
2. Steeds meer mensen werken in de landbouw en de visserij maar ook de industrie groeit.
3. Steeds minder mensen werken in de landbouw en de visserij. De industrie groeit van 1900 - 1914 nauwelijks.
Welke twee zinnen passen bij de verzuiling?
1. De bevolking raakte verdeeld in strikt gescheiden groepen op grond van hun geloof of politieke voorkeur.
2. Elke zuil (groep) had zijn eigen partij, krant, omroep, school, jeugdver.
3. De verzuiling is ontstaan in de 80-jarige oorlog en na de tweede wereldoorlog geleidelijk verdwenen.
4. In bijna alle Europese landen was er sprake van zo'n verzuiling zoals in Nederland.
Bekijk de vier foto's en kruis de zin aan met de juiste namen.
1. 1 = Thorbecke; 2 = Troelstra; 3 = Schaapman; 4 = Kuyper.
2. 1 = Schaapman; 2 = Troelstra; 3 = Thorbecke; 4 = Kuyper.
3. 1 = Troelstra; 2 = Thorbecke; 3 = Schaapman; 4 = Kuyper.
4. 1 = Kuyper; 2 = Troelstra; 3 = Schaapman; 4 = Thorbecke.
Thorbecke was leider van de ...?
1. socialisten
2. liberalen
3. protestanten
4. katholieken
Thorbecke was jarenlang minister-president van Nederland. Welke drie zinnen passen bij hem?
1. In 1848 kwamen de liberalen aan de macht
2. Niet de koning maar het parlement beslist
3. De burgers moeten zo veel mogelijk vrijheid hebben
4. De liberalen waren voorstander van een sterke verzuiling
5. Onder Thorbecke kregen alle mannen het kiesrecht.
Op de afbeelding zie je Abraham Kuyper. Welke drie zinnen zijn juist.
1. Leider van de protestanten en gaf de protestanten een sterke organisatie
2. Richtte in 1878 de ARP op
3. Zorgde voor een eigen krant / eigen school / eigen universiteit / eigen kerk.
4. Leider van de katholieken en gaf de katholieken een sterke organisatie
5. Richtte de RKSP op.
De mannen op de foto hebben een kaartje op de hoed met het woord algemeen kiesrecht. Welke zin is helemaal juist?
1. Troelstra is leider van de socialisten en hij wil algemeen mannenkiesrecht.
2. Troelstra is leider van de socialisten en hij wil algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht.
3. Troelstra is leider van de liberalen en hij wil dat alle mannen die een hoed dragen en kunnen lezen over het algemeen mogen stemmen.
De socialisten stemmen voor financiële gelijkstelling van het openbaar en bijzonder onderwijs en de confessionelen stemmen voor algemeen kiesrecht. In welk jaar was dat?
De socialisten stemmen voor financiële gelijkstelling van het openbaar en bijzonder onderwijs en de confessionelen stemmen voor algemeen kiesrecht. Daarmee kwam er een einde aan de schoolstrijd en de kiesrechtstrijd. Hoe noemen we die gebeurtenis?
1. de pacificatie van 1917
2. onderwijs- en kieswet van 1919
3. de oplossing van 1918
De socialisten stemmen voor financiële gelijkstelling van het bijzonder en openbaar onderwijs en de confessionelen stemmen voor algemeen kiesrecht. Waarom deden ze dat?
1. De socialisten vonden het gewoon juist dat de bijzondere school evenveel geld als de openbare kreeg en ze hadden de confessionelen overtuigd dat algemeen kiesrecht het eerlijkst is.
2. De socialisten waren geen voorstander van bijzonder onderwijs maar ze hadden de confessionelen nodig om een meerderheid voor algemeen kiesrecht te krijgen en de confessionelen waren niet voor algemeen kiesrecht, maar zij hadden de socialisten nodig om een meerderheid voor de financiële gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs te krijgen.
3. De confessionelen vonden het gewoon juist dat de bijzondere school evenveel geld als de openbare kreeg en ze hadden de socialisten er van overtuigd dat algemeen kiesrecht bij een echte democratie hoort.
Welke drie zinnen over Aletta Jacobs zijn juist?
1. Aletta Jacobs is de eerste vrouwelijke huisarts
2. Aletta Jacobs richt de Ver. Voor vrouwenkiesrecht op.
3. Aletta Jacobs hoort bij de eerste feministische golf 1900-1919
4. Aletta Jacobs hoort bij de tweede feministische golf (jaren zestig).
5. Aletta Jacobs gaat in haar strijd voor het feminisme verder dan Wilhelmina Drucker.
Wat was de vergissing van Troelstra?
1. Troelstra deed in 1918 een oproep tot een socialistische revolutie maar die kwam er niet.
2. Troelstra was liberaal opgevoed en hij werd socialist. Dat noemden de liberalen de vergissing van Troelstra.
3. Troelstra verdedigde de gebroeders Hogerhuis, maar dat had hij beter niet kunnen doen want hij verloor die zaak.
Elke Nederlander van 18 jaar en ouder heeft nu passief en actief kiesrecht. Wat is passief kiesrecht?
1. het recht om zelf een stem op een stembiljet of op een stemcomputer uit te brengen
2. het recht om op jou te laten stemmen
3. het recht om iemand te machtigen die dan jouw stem uit brengt
4. het recht om een stem voor een ander uit te brengen die zelf niet naar het stembureau kan komen
Elke Nederlander van 18 jaar en ouder heeft nu passief en actief kiesrecht. Wat is actief kiesrecht?
1. het recht om zelf een stem op een stembiljet of op een stemcomputer uit te brengen
2. het recht om op jou te laten stemmen
3. het recht om iemand te machtigen die dan jouw stem uit brengt
4. het recht om een stem voor een ander uit te brengen die zelf niet naar het stembureau kan komen
Rond 1900 was er in Europa sprake van een sterke industrialisatie. Wat veranderde hierdoor in Nederland? Kruis de 3 juiste zinnen aan.
1. veel arbeiders trekken naar de stad
2. de woon- en werkomstandigheden voor de arbeiders zijn daar in het begin van de 20e eeuw slecht
3. door de industrialisatie ontstaat de sociale kwestie
4. door de industrialisatie kregen de arbeiders het in het begin van de 20e eeuw een stuk beter.
Veel Europese landen voerden in de periode van 1900 tot 1914 een imperialistische politiek. Welke zinnen passen bij een imperialistische politiek?
1. Voor de groeiende industrie moesten grondstoffen en afzetgebieden gevonden worden.
2. Sommige Europese landen proberen zoveel mogelijk koloniën te krijgen.
3. In de periode 1900 tot 1914 groeide in Europa het besef dat koloniën hebben niet meer hoort en dat alle volken op aarde het recht hebben om zelfstandige landen te worden.
4. In de periode 1900 tot 1914 vond men dat voor de groeiende industrie er open grenzen en vrij markten moesten komen.
In de periode 1900 tot 1914 begon de Europese industrie te groeien. Veel landen gingen op zoek naar afzetgebieden en gebieden met grondstoffen. Er barste eens trijd los tussen sommige Europese landen om zo veel mogelijk koloniën in handen te krijgen. Hoe noemen we die politiek.
1. imperialistische politiek
2. landjepik politiek
3. koloniale politiek
Verschillende groepen in de Nederlandse samenleving voelden zich achtergesteld en kwamen op voor hun belangen. Zij gingen zich te organiseren omdat ze gelijke rechten wilden hebben. Hoe noemen we het streven naar gelijke rechten van een groep die zich onderdrukt voelt?
Verschillende groepen in de Nederlandse samenleving voelden zich achtergesteld en kwamen op voor hun belangen. Zij gingen zich te organiseren omdat ze gelijke rechten wilden hebben. Voor welke groep gold dit niet?
"De eigenlijke bestemming van de vrouw is het moederschap. Deze uitspraak past het best bij
1. De christelijke kerk in de periode 1900 - 1914
2. De feministen
3. De liberalen
4. De socialisten
De strijd voor vrouwenkiesrecht was het belangrijkste punt voor?
1. de liberalen
2. de katholieken
3. de protestanten
4. de socialisten
5. de feministen
Hoe heette de eerste vrouwelijke arts die in Nederland opkwam voor vrouwenkiesrecht en geboortebeperking?
De volgende zinnen gaan over de industrialisatie in Nederland. Kruis de juiste zinnen aan.
1. 1870 -1890 de industrialisatie in Nederland komt op gang
2. 1890 - 1914 de industrialisatie versnelt in Nederland
3. 1830 - 1890 de industrialisatie komt in Nederland op gang
4. Nederland industrialiseert in de 19e eeuw sneller dan onze buurlanden
Waardoor groeiden de steden in de periode 1900 - 1914. Kruis de 3 juiste zinnen aan.
1. door de bevolkingsgroei
2. door de industrialisatie
3. door de mechanisatie in de landbouw
4. door de komst van gastarbeiders
5. door de verzuiling
Tussen 1890 en 1914 trekken de arbeiders massaal van de dorpen naar de steden. Hoe noemen we dit verschijnsel? Kruis de 2 juiste antwoorden aan.
1. urbanisatie
2. verstedelijking
3. mechanisatie
4. emigratie
Welke 3 zinnen passen bij Nederland rond 1900?
1. Nederland had nog nauwelijks industrie.
2. Nederlands-Indië was een belangrijke kolonie voor Nederland.
3. Dankzij de vakbonden was er al een achturige werkdag.
4. Spoorwegen verbonden de grote steden met elkaar.
5. De helft van de Nederlanders woonde in de stad.
Welke drie omschrijvingen kloppen bij de juiste persoon.
1. A. Kuyper - Stichter van de eerste politieke partij in Nederland.
  A. Jacobs - Richtte een vereniging voor vrouwenkiesrecht op.
  J. Troelstra - Leider van de Sociaal-Democratische-Arbeiderspartij.
2. A. Kuyper - Richtte een vereniging voor vrouwenkiesrecht op.
  A. Jacobs - Stichter van de eerste politieke partij in Nederland.
  J. Troelstra Leider van de Sociaal-Democratische-Arbeiderspartij.
3. A. Kuyper Stichter van de eerste politieke partij in Nederland.
  A. Jacobs Leider van de Sociaal-Democratische-Arbeiderspartij.
  J. Troelstra - Richtte een vereniging voor vrouwenkiesrecht op.
Een jeugdherinnering
Ik wist precies welke winkels gereformeerd waren, want daar kochten wij altijd. De radio werd bij voorkeur afgestemd op de NCRV, soms op de AVRO of KRO en alleen als het niet anders kon op de VARA.

Welk begrip past bij deze tekst?
Een jeugdherinnering
Ik wist precies welke winkels gereformeerd waren, want daar kochten wij altijd. De radio en later de televisie werden bij voorkeur afgestemd op de NCRV, soms op de AVRO en alleen als het niet anders kon op de VARA. Zondags keken wij niet naar sportprogramma's.

Bij welke stroming (groep) horen deze mensen?
1. katholieken
2. protestanten
3. liberalen
4. socialisten
In 1903 leden de vakbonden en socialisten een grote nederlaag bij een staking. Vanaf die tijd was een van hun belangrijkste actiepunten het algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen.

Hoe noemen we die staking?
In 1903 leden de vakbonden en socialisten een grote nederlaag bij een staking. Vanaf die tijd was een van hun belangrijkste actiepunten het algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen.

Hoe laat de tekenaar Albert Hahn zien dat de staking mee door het leger beëindigd werd?
1. door de bajonetten rechtsonder
2. door de enorme arbeider
3. door de twee mannen met hoge hoeden op
bijzonder onderwijs openbaar onderwijs
1860 22, 2% 77,2%
1870 23,2% 76,8%
1880 25,1% 74,9%
1890 30,0% 70,0%
1900 31,2% 68,8%
1910 38,6% 61,4%
1920 46,1% 53,9%
1930 61,9% 38,1%

Bekijk deze cijfers over de aantallen leerlingen die naar het bijzonder en openbaar onderwijs gingen. In welk jaar komt er een eind aan de schoolstrijd en hoe zie je dat aan deze bron?
1. In 1917 en dat zie je aan de sterke groei van het bijzonder onderwijs in de periode 1920 tot 1930
2. In 1910 en dat zie je aan de sterke daling van het openbaar onderwijs in de periode 1910 tot 1930
3. in 1860 want daarvoor ging iedereen naar de openbare school
Hoe heet de ruzie tussen socialisten en confessionelen over het bijzonder en openbaar onderwijs?
Bij welke groep past deze zin het beste?

Alle particulier bezit moet afgeschaft worden; de staat is voortaan eigenaar van grond, huizen, fabrieken,
1. liberalen
2. socialisten
3. confessionelen
Bij welke groep past deze zin het beste?

Deze stroming wilde voorkomen dat arbeiders zich zouden afkeren van het christelijk geloof.
1. liberalen
2. socialisten
3. confessionelen
Bij welke groep past deze zin het beste?

Burgers moeten zo min mogelijk gehinderd worden door regels en wetten. De staat moet alleen maar zorgen voor orde rust en veiligheid.
1. liberalen
2. socialisten
3. confessionelen
Welke gebeurtenisen staan in de juiste historische volgorde?
1. Grote Spoorwegstaking.
  Aletta Jacobs gaat als eerste meisje naar de Hogere Burger School (H.B.S.).
  Oprichting ARP.
  Nederland heeft vijf miljoen inwoners.
  Pacificatie van 1917.
  Vrouwen krijgen actief kiesrecht.
2. Aletta Jacobs gaat als eerste meisje naar de Hogere Burger School (H.B.S.).
  Oprichting ARP.
  Nederland heeft vijf miljoen inwoners.
  Grote Spoorwegstaking.
  Pacificatie van 1917.
  Vrouwen krijgen actief kiesrecht.
3. Aletta Jacobs gaat als eerste meisje naar de Hogere Burger School (H.B.S.).
  Grote Spoorwegstaking.
  Pacificatie van 1917.
  Vrouwen krijgen actief kiesrecht.
  Oprichting ARP.
  Nederland heeft vijf miljoen inwoners.
Onder het plaatje staat Hulde aan Wilhelmina en november 1918. Waarom brachten zoveel mensen hulde aan Wilhelmina?
1. Het was Koninginnedag 1918.
2. Het volk wilde laten zien dat ze tegen een socialistische revolutie waren.
3. Op 11 november was de eerste wereldoorlog afgelopen en daarom werd er feest gevierd.
Hoe noemen we de periode van 1919-1939?
Kruis aan welke 6 zaken bij het verdrag van Versailles horen.
1. Frankrijk, Eng. en de VS gaan Duitsland streng straffen
2. Duitsland vergaderde mee over het verdrag van Versailles.
3. Duitsland moet de oorlogsschade betalen
4. Duitsland moet grote gebieden afstaan.
5. Duitsland mag nog maar een leger hebben van maximaal 100.000 soldaten
6. Duitsland krijgt de schuld van de oorlog
7. Er mogen geen soldaten in het Rijnland komen
8. Oostenrijk krijgt de schuld van de oorlog want die begon
Wie stelden het verdrag van Versailles op?
1. Clemenceau van Frankrijk, Wilson van de VS en Lloyd George van Engeland
2. Clemenceau van Frankrijk, Streseman van Duitsland en Lloyd George van Engeland
3. Clemenceau van Frankrijk, Wilson van de VS, Lloyd George van Engeland en Lenin van de USSR
Hoe heet de Duitse regering van 1919 tot 1933 en wat voor regering was dat?
1. De republiek van Weimar 1919-1933 en het was een dictatuur
2. De republiek van Weimar 1919-1933 en het was een democratie
3. De republiek van Berlijn en het was een rechtse dictatuur
4. De republiek van Berlijn en het was een communistische regering
In 1919 tekent de Duitse regering het verdrag van Versailles. Waarom doen ze dat?
1. omdat ze het verdrag mee opgesteld hebben en het er in grote lijnen mee eens zijn.
2. ze zijn er tegen maar het is slikken of stikken.
Welke drie zinnen over de Volkenbond zijn juist?
1. het is een idee van president Wilson (VS)
2. het is doel: oorlog voorkomen
3. het is de voorloper van Verenigde Naties
4. het is de opvolger van de Verenigde Naties
5. de VS werd het belangrijkste lid van de Volkenbond
Wat is de juiste volgorde na Zwarte donderdag 24 oktober 1929?
1. de aandelen kelderen => bedrijven verkopen weinig => arbeiders ontslagen => banken failliet
2. banken failliet => aandelen kelderen => bedrijven verkopen weinig => arbeiders ontslagen
3. bedrijven verkopen weinig => arbeiders ontslagen => banken failliet => de aandelen kelderen
In 1923 kan Duitsland de herstelbetalingen aan Frankrijk niet meer betalen. Wat gebeurt er dan? Kruis de 4 juiste zinnen aan
1. Frankrijk bezet het Ruhrgebied
2. De Duitse de arbeiders staken
3. De Duitse regering gaat geld drukken om de lonen te betalen => enorme inflatie.
4. De VS lenen Du. geld en de Duitse economie komt weer op gang, maar crisis in de VS (1929) leidt tot crisis in Duitsland.
5. De geallieerden bezetten het Ruhrgebied
6. De Franse arbeiders staken en daarom haalt Frankrijk negers uit Afrika om de Franse treinen in het Ruhrgebied met Duitse materialen te laden.
Onder minister-president Colijn voerde Nederland in de jaren dertig een aanpassingspolitiek. Wat bedoelen we daarmee?
1. de regering paste de uitgaven aan bij de inkomsten
2. de regering paste de inkomsten aan bij de uitgaven
3. de regering paste zich aan de omstandigheden aan en pompte extra geld in de economie om de economie zoveel mogelijk draaiende te houden
Kruis aan welke drie zinnen passen bij de Nederlandse aanpassingspolitiek van de jaren dertig.
1. lonen en steun omlaag (± 25%)
2. getrouwde leraressen ontslag
3. belastingen omhoog
4. massale werkverschaffing zoals het aanleggen van autowegen
5. tegelijk met de andere landen de waarde van de munt verlagen om de verkoop naar het buitenland te stimuleren
In welk jaar komt Hitler met de NSDAP in Duitsland aan de macht
Hier staan een aantal opvattingen van de nazi’s. Welke zin is niet juist?
1. De mensen moeten als één man achter de leider staan en hem gehoorzamen (geen democratie)
2. ‘lebensraum’, alle Duitstalige mensen moeten ‘heim ins Reich.’
3. rassenleer => verering Ariërs en uitroeiing Joden.
4. De nazi’s en de fascisten in Italië wilden Joden en zigeuners uitroeien.
Van welke partij is het affiche met de leus: Unsere letzte Hoffnung: Hitler?
1. de NSDAP
2. de NSB
3. de socialisten om voor Hitler te waarschuwen
Duitsland wordt in de jaren dertig onder Hitler een extreem rechtse dictatuur. Welke zin hoort daar niet bij?
1. één leider en één partij hebben alle macht
2. er is voor Ariërs vrijheid van meningsuiting
3. via de media en het onderwijs wordt propaganda gemaakt
4. tegenstanders worden opgesloten door de SA en de SS (terreur)
Welke zin is juist?
1. De NSB van Mussert krijgt in 1935 8% van de stemmen, maar in 1937 nog maar 4%.
2. De NSB van Mussert krijgt in 1935 4% van de stemmen, maar in 1937 al 8%.
3. De NSB van Mussert krijgt in 1935 8% van de stemmen, maar in 1937 wel 16%.
Wie is de leider van de NSB?
Duitsland werd een totalitaire staat. Welke zin hoort daar niet bij?
1. de staat beheerst het leven van alle mensen
2. iedereen gehoorzaamt de naziepartij en Hitler
3. de kinderen mogen op school niet meer geïndoctrineerd (gehersenspoeld) worden
4. de rechten van de mens tellen niet (Gestapo)
5. censuur = alles staat onder toezicht van de staat
Wat is de juiste volgorde?
1. Hitler aan de macht
  de Neurenbergse wetten
  Olympische Spelen in Duitsland
  de Kristallnacht
2. de Neurenbergse wetten
  Hitler aan de macht
  Olympische Spelen in Duitsland
  de Kristallnacht
3. Hitler aan de macht
  de Neurenbergse wetten
  de Kristallnacht
  Olympische Spelen in Duitsland
Wat is de juiste volgorde?
1. Militairen in het Rijnland
  Aansluiting met Oostenrijk
  Bezetting Sudetenland
  Inname Tsjechoslovakije
  Inval in Polen
2. Militairen in het Rijnland
  Aansluiting met Oostenrijk
  Bezetting Sudetenland
  Inval in Polen
  Inname Tsjechoslovakije
3. Militairen in het Rijnland
  Aansluiting met Oostenrijk
  Inval in Polen
  Bezetting Sudetenland
  Inname Tsjechoslovakije
4. Aansluiting met Oostenrijk
  Militairen in het Rijnland
  Bezetting Sudetenland
  Inname Tsjechoslovakije
  Inval in Polen
Kruis de 3 zinnen aan die juist zijn
1. De Duitse bevolking had weinig vertrouwen in de nieuwe regering in Weimar.
2. Nederland kreeg na de Eerste Wereldoorlog uitbreiding van grondgebied.
3. Tijdens de Republiek van Weimar ging het met Duitsland beter dan in de Keizertijd.
4. Oostenrijk-Hongarije was in 1918 in verschillende nieuwe staten uiteengevallen.
5. De Volkenbond werd opgericht om oorlogen te voorkomen.
Colijn was?
1. de leider van de ARP
2. de leider van de NSDAP
3. de leider van de NSB
4. de leider van de SDAP
Je ziet op de afbeelding een boekverbranding.
1. Hier werden o.a. de boeken verbrand van Joodse en communistische schrijvers.
2. Hier werden o.a. de boeken van Hitler, Mussert en Mussolini verbrand, omdat die discriminerend waren.
Wanneer was het interbellum?
1. 1919-1939
2. 1918 - 1940
3. 1914 - 1945
4. 1918 - 1933
Welke landen zie je hier van links naar rechts afgebeeld?
1. VS, Frankrijk, Duitsland en Engeland
2. VS, Frankrijk, Tsjecho-Slowakije en Engeland
3. VS, Duitsland, Frankrijk en Rusland
Welk jaartal past hier het beste bij?
1. 1920
2. 1930
3. 1940
Wie kwam met het idee van de Volkenbond?
In welk jaar was crash, de grote beurskrach?
1. 1928
2. 1929
3. 1930
4. 1933
Op deze spotkrant zie je Clemenceau afgebeeld als vampier. Welke drie zinnen zijn juist?
1. de tekenaar is een Duitser
2. de tekenaar is een Fransman
3. met het onschuldige meisje wordt Duitsland bedoeld
4. met het onschuldige meisje wordt Frankrijk bedoeld
5. de vleermuizen stellen Engeland en de VS voor
6. de vleermuizen stellen de VS en Rusland voor
Op de afbeelding zie je Goebbels.
1. Goebbels was minister van propaganda
2. Goebbels was minister van defensie
3. Goebbels was minister van economische zaken
Welk jaar hoort bij dit plaatje?
1. 1918
2. 1923
3. 1933
4. 1943
Welk twee woorden passen het beste bij deze afbeelding?
1. indoctrinatie
2. propaganda
3. voorlichting
4. informatie
Uit welk jaar kan dit verkiezingsaffiche geweest zijn?
1. 1926
2. 1930
3. 1935
4. 1939
Welke drie zinnen passen bij dit affiche?
1. democratie
2. dictatuur
3. rassenleer
4. vrij meningsuiting
5. fascisme
In welk jaar was de Kristallnacht?
Hoe heette de geheime politie van 1933-1945?
Wat was géén oorzaak voor de economische crisis in Duitsland 1923?
1. De ineenstorting van de Amerikaanse aandelenbeurzen op Wall Street.
2. Franse legers bezetten het Duitse Ruhrgebied.
3. De Duitse regering drukte geld bij om de lonen van stakers te kunnen betalen.
4. Duitsland moest door het Verdrag van Versailles een groot bedrag aan herstelbetalingen betalen.
In Europa ontstaan na WO1 allemaal nieuw staten. Welke staatsman heeft daar het meest mee te maken?
1. Clemenceau van Frankrijk
2. Wilson van de VS
3. Lenin van de USSR
Mensen die werkloos waren moesten elke dag gaan stempelen. Waarom moesten de werklozen elke dag stempelen? Kruis de 2 juiste zinnen aan.
1. dan hadden de ambtenaren wat meer werk
2. om stiekem zwartwerken tegen te gaan
3. alleen zo konden de werklozen een uitkering krijgen
4. de regering kon dan beter zien hoeveel werklozen er waren en daar werk voor zoeken
Hoe heette de jeugdbeweging van de NSDAP in Duitsland.
Welk begrip gebruiken we voor haat tegen de Joden?
Bij welke periode past deze foto?
1. 1919 - 1929
2. 1929 - 1939
3. 1939 - 1945
Waar horen deze bepalingen bij?
• strafbepalingen voor Duitsland (herstelbetalingen, gebiedsafstand en demilitarisatie)
• het ontstaan van de Volkenbond
1. het verdag van Versailles
2. de conferentie van München
3. het verdag van Locarno
Wat zijn de gevolgen van de economische crisis voor het vertrouwen in de democratie in Europa:
1. het vertrouwen in de democratie neemt toe
2. het vertrouwen neemt af
3. de economische crisis heeft geen invloed op het vertrouwen in de democratie
De jaren 1929-1940 worden de crisisjaren genoemd. Kruis de 2 juiste zinnen aan
1. Het ging heel slecht met de Nederlandse economie. Bedrijven en fabrieken moesten sluiten en veel mensen raakten hun baan kwijt.
2. In 1930 waren er in Nederland ongeveer 100.000 werklozen. In 1936 waren dat er 480.000.
3. De werkloosheid daalde in Nederland sneller dan in Duitsland.
4. De aanpassingspolitiek zorgde er voor dat er door de regering meer mensen aan werk geholpen werden.
Welke zin is niet juist.
1. De nazi’s waren voorstander van democratie, want zo werd Hitler steeds weer tot leider van Duitsland gekozen.
2. Duitsland had meer ‘Lebensraum’ nodig. Daarom moesten alle Duitstaligen binnen de grenzen van het Duitse Rijk wonen.
3. Volgens de rassenleer waren de Ariërs met blond haar en blauwe ogen beter dan mensen met een donkere huidskleur en bruine ogen.
4. In Italië speelde Jodenhaat geen grote rol.
In welke stad zat de democratische regering van Duitsland van 1919 tot 1933?
1. Berlijn
2. Weimar
3. München
4. Bonn
In 1923 werd het geld in Duitsland snel minder waar. Hoe noemen we het minder waard worden van het geld?
Wat is het verschil tussen fascisten en nazi's?
1. Nazi's zijn fascisten met een rassenleer
2. Fascisten zijn fanatieker dan nazi's
3. Fascisten zijn democraten en nazi's niet
4. Er is geen verschil tussen fascisten en nazi's
Op dit kaartje zie je hoe Duitsland zich uitbreidde. Met welk verdrag was dat in strijd?
Waarom was de radio voor de nazi’s erg belangrijk?
1. Hitler kon via de radio aan iedereen de ideeën van de nazi’s bekendmaken.
2. De burgers konden door de radio kennismaken met Franse muziek.
3. Verschillende politieke partijen konden door de radio hun ideeën aan de burgers uitleggen.
Bekijk deze grafiek en kruis de 3 juiste antwoorden aan.
1. De grafiek stopt in 1933 omdat Duitsland toen geen parlementaire democratie meer was
2. De antidemocratische partijen krijgen steeds meer stemmen en de democratische steeds minder
3. De antidemocratische partijen krijgen steeds minder stemmen en de democratische steeds meer
4. Voor 1919 was Duitsland een keizerrijk zonder democratie.
5. Voor 1919 was Duitsland nog niet één staat.
Waarmee begint de tweede wereldoorlog?
1. de inval in Polen
2. de inname van Oostenrijk
3. de inval in Nederland België, Luxemburg en Frankrijk
4. de inval in Denemarken en Noorwegen.
Wat is de juiste volgorde?
1. de inname van Oostenrijk
  de inval in Polen
  de inval in Denemarken en Noorwegen
  de inval in Nederland België, Luxemburg en Frankrijk
2. de inname van Oostenrijk
  de inval in Nederland België, Luxemburg en Frankrijk
  de inval in Denemarken en Noorwegen.
  de inval in Polen
3. de inval in Nederland België, Luxemburg en Frankrijk
  de inval in Denemarken en Noorwegen
  de inname van Oostenrijk
  de inval in Polen
4. de inval in Denemarken en Noorwegen.
  de inname van Oostenrijk
  de inval in Polen
  de inval in Nederland België, Luxemburg en Frankrijk
In welk jaar verklaarde Duitsland de oorlog aan de VS
Welke drie landen hoorden bij de As-mogendheden
1. Duitsland
2. Italië
3. Sovjet-Unie
4. Frankrijk
5. Engeland
6. Japan
Welke landen hoorden in 1940 bij de geallieerden
1. Duitsland
2. Italië
3. Sovjet-Unie
4. Frankrijk
5. Engeland
6. Japan
Op 6 juni vond de landing in Normandië plaats. In welk jaar was dat?
Wanneer was de Tweede Wereldoorlog?
1. 3 september 1939 tot 15 augustus 1945
2. 1 september 1939 tot 8 mei 1945
3. 10 mei 1940 tot 5 mei 1945
In 1945 worden er twee atoombommen op steden gegooid. Op welke steden?
1. Hirosjima
2. Nagasaki
3. Tokio
4. Dresden
5. Hamburg
Welke combinaties van jaartallen en omschrijvingen zijn helemaal juist?
1. 1933 - herbewapening
  1936 - Du. Troepen in het Rijnland
  1938 - Anschluss met Oostenrijk
  1939 - Bezetting heel Tsjecho-Slowakije
  1939 - Inval in Polen
2. 1933 - herbewapening
  1936 - Bezetting heel Tsjecho-Slovakije
  1938 - Anschluss met Oostenrijk
  1939 - Du. Troepen in het Rijnland
  1940 - Inval in Polen
3. 1933 - herbewapening
  1936 - Du. Troepen in het Rijnland
  1938 - Bezetting heel Tsjecho-Slovakije
  1939 - Anschluss met Oostenrijk
  1939 - Inval in Polen
4. 1933 - herbewapening
  1936 - Du. Troepen in het Rijnland
  1938 - Anschluss met Oostenrijk
  1939 - Inval in Polen
  1940 - Bezetting heel Tsjecho-Slovakije
Welke landen hoorden in 1945 bij de geallieerden
1. Duitsland
2. Italië
3. Sovjet-Unie
4. Frankrijk
5. Engeland
6. Verenigde Staten
Bij welk jaar hoort dit kaartje?
1. 1939
2. 1940
3. 1941
4. 1942
Van 1939 tot 1942 was er sprake van een snelle verrassingsoorlog, tanks en vliegtuigen rukten snel op. Hoe noemden de Duitsers zo'n snelle verrassingsoorlog|?
De slag om welke stad vormt het keerpunt in de tweede wereldoorlog?
Hoe heette de Duitse minister van propaganda?
1. Goebbels
2. Rommel
3. Von Paulus
4. Göring
Welke datum hoort bij deze foto?
1. Op 30 april 1945
2. 1 september 1939
3. 17 september 1944
4. 15 augustus 1945
Hoe wordt de moord op 6 miljoen joden ook wel genoemd?
In welk jaar is deze foto gemaakt?
Wie zijn de drie mannen (van links naar rechts) die op de bank zitten?
1. Churchill - Roosevelt - Stalin
2. Churchill - Stalin - Roosevelt
3. Churchill - Truman - Stalin
4. Roosevelt - Stalin - Churchill
Hier staan oorzaken van het ontstaan van de tweede wereldoorlog. Welke hoort er niet bij?
1. onvrede over armoede en de werkloosheid
2. de bepalingen van het Verdrag van Versailles
3. Duitse wens wens tot revanche (wraak), meer grondgebied en herbewapening
4. nationalistische gevoelens
5. de herverkiezing van Roosevelt tot president van de VS
Wat is de juiste chronologische volgorde?
1. Groot-Brittannië houdt stand,
  aanval op de Sovjet-Unie,
  oorlog in Azië: Pearl Harbor,
  keerpunt: slag bij Stalingrad,
  D-Day / tweefrontenoorlog
2. aanval op de Sovjet-Unie,
  oorlog in Azië: Pearl Harbor,
  keerpunt: slag bij Stalingrad,
  D-Day / tweefrontenoorlog
  Groot-Brittannië houdt stand,
3. oorlog in Azië: Pearl Harbor,
  keerpunt: slag bij Stalingrad,
  D-Day / tweefrontenoorlog
  Groot-Brittannië houdt stand,
  aanval op de Sovjet-Unie,
4. oorlog in Azië: Pearl Harbor,
  keerpunt: slag bij Stalingrad,
  D-Day / tweefrontenoorlog
  Groot-Brittannië houdt stand,
  aanval op de Sovjet-Unie,
Tijdens de Hongerwinter komen twintigduizend Nederlanders om van de honger. Kruis de drie juiste zinnen aan.
1. de Hongerwinter was de winter van 1944 / 1945
2. de Hongerwinter speelde zich vooral af in de Randstad
3. de Hongerwinter ontstond als straf voor de staking van het spoorwegpersoneel tijdens de slag om Arnhem
4. de Hongerwinter ontstond als straf voor Dolle Dinsdag
5. de Hongerwinter was in de winter van 1943 / 1944 toen het zo streng vroor
De Tweede Wereldoorlog was een totale oorlog. Welke drie zinnen horen daarbij?
1. veel slachtoffers (veel meer burgerslachtoffers dan in Eerste Wereldoorlog)
2. bombardementen op steden
3. veel propaganda en censuur
4. zwarte handel
5. Dolle Dinsdag
De media stond tijdens de Tweede Wereldoorlog onder toezicht. Alles wat gepubliceerd werd gecontroleerd. Dit noemen we?
Wat bedoelen we met de Holocaust?
1. de vernietigingskampen en de massamoorden
2. de twee atoombommen op Hiroshima en Nagasaki (aug. 1945)
3. de invasie in Normandië in 1944
Wie zie je hier op de foto?
1. Churchill
2. Roosevelt
3. Stalin
In september 1939 moesten alle mannen onder de veertig die in dienst gezeten hadden weer in dienst. Hoe noemen we het op volle sterkte brengen van het leger?
Op 15 mei 1940, na het bombardement op Rotterdam, geeft het Nederlandse leger zich over aan de Duitsers. Dit noemen we de.....?
De Nederlandse regering en het koningshuis gingen mei 1940 in ballingschap. Dit betekent:
1. Ze gaven zich over en gingen tot 1945 naar Canada.
2. Ze gingen naar Londen en zetten vanuit Londen de oorlog voort
3. Ze gingen naar Batavia en bestuurden vanuit Batavia de rest van het koninkrijk der Nederlanden.
Wat bedoelden de Duitsers met gelijkschakeling? Kruis de juiste zinnen aan.
1. de hele bevolking moest net zo denken als de nazi's
2. politieke partijen werden opgeheven behalve de NSB
3. het afschaffen van vrije meningsuiting en vrijheid van vergadering
4. het invoeren van distributie zodat iedereen ongeveer een gelijke hoeveelheid voedsel kon krijgen
5. het geven van gelijke rechten aan alle Nederlandse mannen en vrouwen
NSB betekent?
1. Nationaal-Socialistische Beweging
2. Nationaal-Socialistische Bond
3. Nederlandse Socialisten Bond
Wat en wanneer was de Februaristaking? Kruis de juiste drie zinnen aan.
1. Een demonstratie van de Amsterdamse bevolking tegen de behandeling van de Joden door de Duitsers.
2. 26 februari 1941
3. De eerste grootschalige verzetsactie tegen de Duitse bezetter in Nederland.
4. Een verzetsactie van de Nederlandse bevolking tegen het verplicht te werk gesteld worden van Nederlandse mannen in Duitsland .
5. april-mei 1943
Wat bedoelden de Duitsers met deportaties?
1. Het wegvoeren van Joden en Zigeuners via doorgangskamp Westerbork
  naar vernietigingskampen zoals Auschwitz.
2. Het tewerkstellen van Nederlandse mannen in de leeftijd van 17 t/m 40 jaar in Duitsland.
3. Het benoemen van NSB-ers als burgemeester of politieman.
Veel NSB-ers werkten samen met de Duitsers. De Nederlandse bevolking beschuldigde hen van.......?
Wat is de juiste chronologische volgorde?
1. Ariërverklaring
  het dragen van een ster
  razzia's
  Westerbork
  vernietigingskamp
2. het dragen van een ster
  Ariërverklaring
  razzia's
  Westerbork
  vernietigingskamp
3. Ariërverklaring
  het dragen van een ster
  razzia's
  vernietigingskamp
  Westerbork
4. Ariërverklaring
  Westerbork
  vernietigingskamp
  het dragen van een ster
  razzia's
In het Derde Rijk waren allemaal soorten concentratiekampen. Wat voor kamp was Auschwitz
1. vernietigingskamp
2. doorvoerkamp
3. werkkamp
4. vrouwenkamp
In het Derde Rijk waren allemaal soorten concentratiekampen. Wat voor kamp was Westerbork?
1. vernietigingskamp
2. doorvoerkamp
3. werkkamp
4. vrouwenkamp
Na april / mei 1943 gingen duizenden mannen onderduiken. Waarom toen?
1. De mannen die tijdens de mobilisatie van Nederland in dienst zaten moesten na mei 1943 voor de Duitsers naar Duitsland toe om daar te werken
2. Toen begonnen de Duitsers te verliezen en deze mannen wilden door onder te duiken de val van Duitsland versnellen.
3. Deze mannen meldden zich voor het verzet en daarom konden ze maar beter onderduiken.
Elke Nederlander van 15 jaar en ouder kreeg tijdens de oorlog een identiteitskaart. Hoe werd die toen genoemd.
Hoe zorgde men er in de oorlog voor dat het weinige voedsel enigszins eerlijk verdeeld werd?
1. door een distributiesysteem met bonkaarten
2. door hongertochten
3. door zwarte handel
Hoe wordt de laatste oorlogswinter genoemd?
Op deze foto zie je een grafsteen met daarop de namen van Margo en Anne Frank. In welk kamp kwamen Margo en Anne Frank om het leven?
1. Auschwitz
2. Bergen Belsen
3. Ravensbruck
4. Theresiënstad
Op deze foto zie je de familie Frank. Hoeveel Nederlandse Joden kwamen om het leven?
1. Van de circa 140.000 Joden in Nederland werden er tussen de 104.000 en 110.000 vermoord, ongeveer 75 procent in totaal
2. Van de circa 140.000 Joden in Nederland werden er tussen de 65.000 en 75.000 vermoord, ongeveer 50 procent in totaal
3. Van de circa 140.000 Joden in Nederland werden er tussen de 45.000 en 55.000 vermoord, ongeveer 35 procent in totaal
Anne Frank hield tijdens de Tweede Wereldoorlog een dagboek bij. Hoe heet dat dagboek?
In de oorlog moeten de mensen vaak kiezen tussen goed en fout. In welke zinnen is sprake van collaboratie?
1. De meeste Nederlanders passen zich aan en leven zo gewoon mogelijk verder.
2. Sommige mensen gaan met de Duitsers samenwerken
3. Enkelen gaan in het verzet of doen mee met de Februaristaking en Meistaking.
4. Sommige mensen worden lid van de NSB om de kans op een baantje bij de gemeente of de politie te vergroten.
In welk jaar moesten de Joden voor het eerst een ster dragen?
1. 1940
2. 1941
3. 1942
4. 1943
"We shall defend our island, whatever the cost may be, we shall fight on the beaches, we shall fight on the landing grounds, we shall fight in the fields and in the streets, we shall fight in the hills; we shall never surrender."

Van wie is deze uitspraak?
1. Churchill
2. Roosevelt
3. Eisenhower
4. Chamberlain
Japan versloeg tijdens WO2 de Nederlanders in Ned.-Indië. In welk jaar was dat
Nederland vond dat Soekarno fout was in de oorlog. Waarom vonden wij dat? Kruis de 3 juiste zinnen aan.
1. Soekarno werkte met Japan samen.
2. De nationalisten riepen het volk op te gaan werken voor Japan.
3. De Japanners sloten de Nederlanders op in kampen.
4. Soekarno riep op om de Japanse taal te leren en de Nederlandse af te schaffen..
5. Nederlandse soldaten moesten aan de Birmaspoorlijn werken.
Uiteindelijk moet Nederland Nederlands-Indië toch opgeven. Waarom? Kruis de juiste 2 zinnen aan.
1. De VS steunde Soekarno uit angst voor uitbreiding van het communisme.
2. De VS dreigde met stopzetten van de Marshallhulp aan Nederland
3. In 1947 en ’48 zijn er twee politionele acties (militair ingrijpen van Nederland) en wij verliezen steeds meer gebied aan Soekarno.
4. In Nederland waren veel politieke partijen die vonden dat de tijd van koloniën voorbij was.
In welk jaar vindt de soevereiniteitsoverdracht (Nederland erkent de onafhankelijkheid van Indonesië) plaats.
1. 1947
2. 1948
3. 1949
4. 1950
Op welke manier kwam er in Azië een einde aan de Tweede Wereldoorlog?
1. De Amerikanen gebruikten atoombommen.
2. Het Japanse volk kwam in opstand en dwong de regering tot overgave.
3. De Amerikanen namen Tokyo in.
Waarom bombardeerde het Duitse leger op 14 mei 1940 de Nederlandse havenstad Rotterdam?
1. Hitler wilde dat Nederland zich snel zou overgeven.
2. In de haven van Rotterdam lagen geallieerde oorlogsschepen
3. De bommenwerpers waren op weg naar Engeland maar door het slechte weer bombardeerden ze toen maar Rotterdam
Welke drie zinnen zijn juist?
1. Op 5 mei wordt de bevrijding van ons land herdacht.
2. De Duitsers verboden in Nederland alle politieke partijen, behalve de NSB
3. Bij razzia's werden veel mensen opgepakt
4. Zuid-Nederland (onder de grote rivieren) leed erg onder de Hongerwinter.
Niet-Joodverklaring
Vóór 26 oktober 1940 moesten alle ambtenaren een niet-Joodverklaring tekenen. Wie een of meer Joodse grootouders had (dat wil zeggen een grootouder die tot de Joodse gemeente had behoord) werd als Jood beschouwd en moest formulier B (niet-arisch) insturen. Niet-Joden moesten formulier A (arisch) insturen.

Hoe wordt de niet-Joodverklaring meestal genoemd?
Welke 3 zinnen horen bij collaboratie?
1. Nederlandse agenten hielpen de Duitsers bij het oppakken van Joden.
2. Er waren mensen die de persoosnbewijzen heel goed konden vervalsen.
3. Illegale kranten werden gedrukt en stiekem verspreid.
4. Op de verjaardag van prins Bernhard droegen veel mensen een anjer.
5. Ambtenaren op het gemeentehuis van Damwoude verwijderden stiekem persoonsgegevens van jonge mannen die naar Duitsland moesten om te werken.
6. Nederlandse aannemers en arbeiders legden voor de Duitsers vliegveld Leeuwarden aan.
7. NSB-ambtenaren werkten tijdens de bezetting enthousiast voor de Duitsers.
Welke 4 zinnen horen bij verzet?
1. Nederlandse agenten hielpen de Duitsers bij het oppakken van Joden.
2. Er waren mensen die de persoonsbewijzen heel goed konden vervalsen.
3. Illegale kranten werden gedrukt en stiekem verspreid.
4. Op de verjaardag van prins Bernhard droegen veel mensen een anjer.
5. Ambtenaren op het gemeentehuis van Damwoude verwijderden stiekem persoonsgegevens van jonge mannen die naar Duitsland moesten om te werken.
6. Nederlandse aannemers en arbeiders legden voor de Duitsers vliegveld Leeuwarden aan.
7. NSB-ambtenaren werkten tijdens de bezetting enthousiast voor de Duitsers.
Wet ter Bescherming van het Duitse Bloed en de Duitse Eer
De wet verbood alle seksuele relaties tussen Duitsers en niet-Duitsers. Iemand met drie of vier Duitse grootouders was een Duitser. Iemand met twee Duitse grootouders was een halfbloed, en iemand met slechts één of helemaal geen Duitse grootouders was geen Duitser. Huwelijken tussen Joden en burgers van Duits en aanverwant bloed werden verboden. Daarnaast werden ook relaties tussen Joden en burgers van Duits of aanverwant bloed verboden.

Kruis de juiste zinnen aan.
1. dit zijn rassenwetten
2. deze wetten staan bekend als de Neurenberger wetten van 1935
3. deze wetten zijn gemaakt om de integratie van de mensen in Duitsland te bevorderen
4. alle inwoners van Duitsland waren blij met deze wetten want nu wisten ze precies waar ze aan toe waren
De tijd van 1945 tot nu noemen we?
1. de tijd van televisie en computer
2. de Koude Oorlog
3. de modernste tijd
Op de afbeelding zie je een ontmoeting van een Amerikaanse en Russische soldaat. Welk jaartal past hier het beste bij?
1. 1941
2. 1945
3. 1949
4. 1955
Welke landen waren voor de tweede wereldoorlog de belangrijkste landen?
1. De VS
2. De Sovjetunie
3. Frankrijk
4. Engeland
5. China
Welke landen waren na de tweede wereldoorlog de supermachten?
1. De VS
2. De Sovjetunie
3. Frankrijk
4. Engeland
5. China
Wanneer was de periode van de Koude Oorlog
1. 1945 - 1989
2. 1950 - 2000
3. 1940 - 1990
Tijdens de Koude Oorlog raakte de wereld verdeeld in invloedsferen. Kruis de 4 juiste zinnen aan.
1. Oost-Europa komt onder Russische invloed.
2. West-Europa komt in de Amerikaanse invloedssfeer.
3. Duitsland wordt verdeeld in bezettingszones.
4. Kapitalisme en communisme staan tegenover elkaar
5. De NAVO wordt opgericht nadat de Russen het Warschaupactleger oprichten.
Kapitalisme en communisme staan na WO II tegenover elkaar. Welke zinnen horen bij het Oostblok?
1. vechten voor vrijheid en democratie
2. vechten voor gelijkheid
3. streven naar vrije markteconomie
4. planeconomie en een éénpartijstaat
Tijdens de Koude Oorlog is Europa verdeeld in tweeën. Hoe werd die grens genoemd.
Hierboven zie je de grote drie leiders van de geallieerden bijelkaar. Wat is van links naar rechts de juiste volgorde?
1. Churchill - Roosevelt - Stalin
2. Roosevelt - Churchill - Stalin
3. Stalin - Churchill - Roosevelt
Kruis de twee landen aan die de meeste koloniën hadden.
1. De VS
2. Engeland
3. Nederland
4. Duitsland
5. Frankrijk
Hieronder staan twee stellingen. Geef aan welke juist zijn.

I. De geallieerden waren het eens over de toekomst van Duitsland
II. De Sovjet-Unie wilde een schadevergoeding van Duitsland.
1. Beide zijn goed
2. I is goed en II is fout
3. I is fout en II is goed
4. Beide zijn fout
Het geallieerde bondgenootschap tussen 1941 en 1945 was gebaseerd op
1. veranderingen in het westen
2. gelijkgestemde ideeën
3. een gezamenlijke vijand
4. veranderingen in de communistische wereld
Lees de onderstaande uitspraken en zoek uit wie ze heeft gezegd.

1. Van Stettin aan de Oostzee tot Triëst aan de Zwarte Zee is een ijzeren gordijn neergelaten
2. Churchill hoort nu thuis bij de oorlogszuchtigen.
3. De VS moet vrije volkeren die zich verzetten tegen onderdrukking door een minderheid steunen
1. 1. Churchill 5 maart 1946
  2. Stalin 14 maart 1946
  3. Truman 1947
2. 1. Truman 1947
  2. Churchill 5 maart 1946
  3. Stalin 14 maart 1946
3. 1. Stalin 14 maart 1946
  2. Truman 1947
  3. Churchill 5 maart 1946
Bestudeer de afbeelding hierboven en kruis de twee juiste zinnen aan.
1. Het gezicht rechts is van Churchill die het over een ijzeren gordijn heeft.
2. Het gezicht rechts is van Stalin
3. De Sovjet Unie bouwt in Oost-Europa een pantser van satellietstaten op.
4. Dit is een Russische spotprent
Na WO2 wordt de VN (Verenigde Naties) opgericht. Kruis de vier juiste zinnen aan.
1. 1945 oprichting Verenigde Naties
2. doel: oorlog voorkomen
3. veto betekent: ik verbied het
4. blauwhelmen: interventie leger van de VN
5. de vijftien belangrijkste landen hebben het vetorecht
6. de NAVO is een onderdeel van de VN
Tijdens de Koude Oorlog kon de VN niet veel doen omdat...? Kruis de twee juiste zinnen aan.
1. Duitsland geen lid was
2. de Sovjet-Unie het vetorecht had en dat geregeld gebruikte
3. de VS het vetorecht had en dat geregeld gebruikte
4. niet alle landen lid van de VN konden worden
De Verenigde Naties hebben een grote rol gespeeld in een groot aantal kwesties. Kruis de 3 juiste kwesties aan
1. De verdeling van Duitsland
2. Het ontstaan van de staat Israël
3. De golfoorlog
4. Het einde van Nederlands-Indië en het ontstaan van Indonesië
5. De Cubacrisis
Wie hebben in de VN het vetorecht?
1. Alle leden van de Algemene vergadering
2. Alle leden van de Veiligheidsraad
3. De 5 permanente leden van de Veiligheidsraad
4. Alleen de vijf grote landen in de Algemene vergadering
Het Warschaupact was een onmiddellijke reactie op
1. de oprichting van de NAVO
2. de blokkade van Berlijn
3. het toetreden van de BRD (West-Duitsland) tot de NAVO
4. de Cubacrisis
Dit is een Frans affiche uit 1951. Er dreigt een zware bui met rode regen. Er staat onder: Europese Unie waarborg voor vrede en daaronder: vrede en vrijheid.
Bekijk het affiche en kruis de 3 juiste zinnen aan.
1. Alleen een Verenigd Europa kan zich beschermen tegen het communisme
2. De paraplu slaat op Europese samenwerking
3. De rode regen regen stelt het oprukkende communisme voor
4. Mede door dit affiche werd in 1951 de Europese Unie opgericht
5. Dit affiche suggereert dat er in West-Europa geen vrijheid is
Hier staan de leiders die bij de Cubacrisis betrokken waren. Wie is de rechtse persoon?
Bij de Cubacrisis was het een zaak van buigen of barsten geworden. Zonder gezichtsverlies van een van de partijen kon de wereldvrede niet meer worden gered. De wereldleiders hebben hier van geleerd. Kruis aan welke gevolgen de Cubacrisis had. Er zijn 3 goede antwoorden.
1. De crisis leert dat problemen beter door praten opgelost kunnen worden dan door dreigen
2. Er komt een hotline (telex en telefoonlijn) tussen Washington en Moskou
3. Amerika en Rusland zien in dat contact met elkaar belangrijk is
4. De landen richten voortaan geen raketten meer op elkaar
5. De Koude Oorlog verdwijnt helemaal en Amerika en Rusland werken samen
De Cubacrisis werd veroorzaakt doordat
1. Castro Amerikaanse eigendommen nationaliseerde
2. Castro de Sovjet-Unie om hulp vroeg
3. Castro door de Sovjet-Unie werd gesteund
4. de Sovjetunie raketten op Cuba plaatste
Deze spotprent slaat op de situatie in Oost-Europa. Bekijk de prent goed en kruis de juiste beweringen aan. Er zijn 3 goede antwoorden.
1. De tevreden lachende zon stelt Stalin voor
2. Dit is een westerse spotprent
3. Dit is een Russische spotprent
4. Volgens deze prent hebben de landen in Oost-Europa geen bewegingsvrijheid
5. De Oost-Europese landen zijn (volgens deze prent) blij met deze situatie want ze plukken bloemen.
De NAVO werd opgericht
1. als reactie op het Warschaupact
2. als reactie op het uitbreiden van het communisme in de wereld
3. als reactie omdat Oost-Europa de Marshallhulp van de SU niet mocht accepteren
Als we Rusland geen ijzeren vuist laten zien en geen ferme taal laten horen, dan staat een oorlog voor de deur. Ze begrijpen slechts één taal: hoeveel divisies hebben jullie? Ik geloof dat we niet langer moeten schipperen. Ik heb er genoeg van de Sovjets nog langer in de watten te leggen.

Hier lees je een uitspraak van een wereldleider. Van wie is deze uitspraak uit 1946?
1. Roosevelt
2. Churchill
3. Truman
Hier zie je de grote drie bijelkaar in Potsdam aan het eind van de tweede wereldoorlog. Waarover zijn ze het eens geworden?
1. Ze besluiten dat Duitsland in bezettingszones verdeeld zal worden
2. Ze sluiten een vredesverdrag met Duitsland omdat het land verslagen is.
3. Ze zijn het eens over de toekomst van Duitsland nu Hitler dood is.
Hier zie je de grote drie bijelkaar in Potsdam aan het eind van de tweede wereldoorlog. Wie is wie? Kruis de juiste namen van links naar rechts aan.
1. Churchill - Truman - Stalin
2. Truman - Churchill - Stalin
3. Stalin - Churchill - Truman
Voor welke zone is het volgende het meest van toepassing?

Collectivisatie van banken en landbouw
1. De Amerikaanse zone
2. De Russische zone
3. De Britse zone
4. De Franse zone
Wat er nog over was van de Duitse industrie werd ontmanteld en weggevoerd, daarnaast eisten zij herstelbetalingen uit de Britse en Amerikaanse zones.

Wie worden bedoeld met 'zij'?
1. de Russen
2. De Fransen
3. De Britten
4. De Amerikanen
Het gaat in West-Duitsland economisch veel beter dan in Oost-Duitsland. Geef aan welke vier omschrijvingen daar mee te maken hebben.
1. West-Duitsland kreeg Marshallhulp
2. Oost-Duitsland moest herstelbetalingen geven aan Rusland
3. Oost-Duitsland kreeg een nieuwe munt de Duitse Mark
4. West-Duitsland werkte samen met Frankrijk, Italië en de Benelux in de EGKS.
5. Oost-Duitsland werd communistisch
6. West-Duitsland werd lid van de NAVO
In 1948 probeert de SU met een blokkade van de toegangswegen heel Berlijn in handen te krijgen.

Hoe reageren de Amerikanen?
1. De Amerikanen willen geen oorlog met de Russen en leggen zich bij de situatie neer.
2. De Amerikanen eisen de doorgang naar hun West-Berlijn en doorbreken de blokkade met geweld.
3. De Amerikanen durven de blokkade niet met geweld te doorbreken en beginnen een luchtbrug
De regering bepaalt hoeveel er geproduceerd wordt. Dit noemen we ........
Iedereen kan een eigen bedrijf beginnen. Dit noemen we .......
In de DDR is het leven totaal anders dan in de BRD. Wat hoort bij de DDR. Kruis er twee aan.
1. planeconomie
2. vrijemarkteconomie
3. éénpartijstaat
4. democratie
In de DDR is het leven totaal anders dan in de BRD. Wat hoort bij de BRD (West-Duitsland). Kruis er twee aan.
1. planeconomie
2. vrijemarkteconomie
3. éénpartijstaat
4. democratie
Het instellen van een luchtbrug van een luchtbrug gebeurde in 1948 / 1949
1. door de Sovjets om de stad te bevoorraden
2. door het Westen om de stad te bevoorraden
3. door het Westen om hun troepen te bevoorraden
4. door de Sovjets om hun troepen te bevoorraden
De anti-Amerikaanse stemming in het westen van Berlijn
1. nam toe door de blokkade van berlijn
2. nam iets af door de blokkade van Berlijn
3. werd door de blokkade van Berlijn pro-Amerikaans
4. veranderde nauwelijks door de blokkade van Berlijn
‘Ik weet dat de muur een bijzonder nare zaak is. Hij zal in de toekomst ook wel weer verdwijnen. Maar dat zal pas gebeuren als de oorzaken voor de oprichting van de muur zijn verdwenen.

Wat had ik anders moeten doen? In juli gingen 30.000 mensen weg uit de DDR, de beste en de meest ondernemende. Wij konden twee dingen doen: het transport door de lucht afsnijden of de muur bouwen. Als we het eerste hadden gedaan, was er misschien een oorlog met de Verenigde Staten gekomen.
Dat wilde ik niet riskeren. Dus bleef alleen de muur over.

Ik wil ook best toegeven dat ik het zelf geweest ben die de bouw van de muur
heeft bevolen. Weliswaar heeft de leider van de DDR steeds krachtig aangedrongen op de bouw van de muur, maar ik wil mij niet achter hem verschuilen.’

Dit is een tekst van een regeringsleider over de bouw van de muur.

Kruis de vier juiste zinnen aan.
1. De ik-figuur is Chroesjtsjov
2. Chroesjtsjov zegt hier eerlijk wat hij denkt
3. Chroesjtsjov houdt hier een propaganda verhaal
4. Chroesjtsjov wilde het vluchten stoppen zonder oorlog met de VS
5. Chroesjtsjov riskeerde met de bouw van de muur een oorlog met de VS
6. Ulbricht, de leider van de DDR, was ook voor de bouw van de muur
Wat is de juiste chronologische volgorde?
1. 1. Blokkade van Berlijn
  2. Ontstaan BRD
  3. Ontstaan DDR
  4. Aanleg ijzeren gordijn
  5. Bouw Berlijnse muur
2. 1. Ontstaan BRD
  2. Ontstaan DDR
  3. Blokkade van Berlijn
  4. Aanleg ijzeren gordijn
  5. Bouw Berlijnse muur
3. 1. Aanleg ijzeren gordijn
  2. Ontstaan DDR
  3. Ontstaan BRD
  4. Bouw Berlijnse muur
  5. Blokkade van Berlijn
Om een einde aan de vluchtelingenstroom te maken wordt op zondag 13 augustus 1961 begonnen met de bouw van de muur. Wie had opdracht gegeven voor de bouw van de muur?
1. Ulbricht de Oost-Duitse partijleider.
2. Adenauer de West-Duitse bondskanselier
3. Kennedy de president van de VS
4. Chroesjtsjov de leider van de Sovjet Unie
Wat zijn de gevolgen van de bouw van de muur. Er zijn vijf goede antwoorden.
1. Voortaan zijn oost en west volledig van elkaar afgesloten
2. De vluchtelingenstroom van honderden per dag stopt
3. De Oost-Berlijners voelen zich veilig achter de muur
4. De muur wordt het symbool van onvrijheid
5. De muur heeft bijna dertig jaar lang de Duitsers van elkaar gescheiden
6. Met de muur wordt het gat in het ijzeren gordijn gesloten
Ich bin ein Berliner

John F. Kennedy, de president van de Verenigde Staten, spreekt op 23 juni 1963 een enorme mensenmenigte toe bij de Berlijnse muur. Hieronder volgt een stukje uit zijn rede.

"Veel mensen in de wereld begrijpen niet wat het grote verschil is tussen de vrije wereld en de communistische wereld. Laten zij naar Berlijn komen.

Vrijheid is moeilijk en de democratie is niet perfect. Maar wij hebben nooit een Muur gebouwd om mensen in een land gevangen te houden. De Berlijnse Muur is het meest duidelijke teken dat het communisme een fout systeem is.

De burgers van Berlijn zijn vrije mensen, waar ze ook wonen. En ik ben er als vrij man trots op te zeggen: Ich bin ein Berliner."
Later zei Kennedy over deze rede:
'De toehoorders reageerden zo wild dat als ik gezegd had, ga naar de muur en breek hem af, dan hadden ze het vast gedaan.
Kruis de 3 juiste zinnen aan.
1. De muur is het bewijs dat het kapitalisme beter is
2. De muur is het bewijs dat het communisme beter is
3. Als Kennedy gezegd had breek de muur af, dan was de muur afgebroken
4. Als Kennedy gezegd had breek de muur af dan was het oorlog
5. Wie naar Berlijn komt kan de goede kanten van het communisme zien, zegt Kennedy
Kennedy houdt in Berlijn een toespraak en zegt o.a.:

Alle vrije mensen, waar ze ook mogen wonen, zijn inwoners van Berlijn. En daarom, omdat ik een vrij mens ben, zeg ik met trots: Ich bin ein Berliner.

Kruis de drie juiste zinnen aan.
1. Kennedy spreekt de West-Berlijners toe
2. Kennedy spreekt de Oost-Berlijners toe
3. Kennedy is een inwoner van Berlijn
4. Kennedy geeft aan dat hij de Berlijners nooit in de steek zal laten.
5. De toespraak van Kennedy veroorzaakte groot enthousiasme onder de Berlijners.
6. De toespraak van Kennedy raakte de Berlijners nauwelijks
Hier zie je de aantekeningen voor de beroemde rede van Kennedy in Berlijn. Kennedy zei o.a.:

'Er zijn mensen die geloven dat het communisme de toekomst heeft. Lasst sie nach Berlin kommen'.

Kruis de drie juiste zinnen aan.
1. Kennedy hield deze rede in 1963, twee jaar na de bouw van de muur
2. Kennedy heeft het over Bearleener. De beer is het symbool van de stad Berlijn.
3. Kennedy hield deze rede in 1961 tijdens de bouw van de muur.
4. Kennedy vindt dat het communisme een grote toekomst voor zich heeft.
5. Kennedy vindt dat de muur het bewijs is dat het communisme niet deugt.
De Berlijnse muur werd gebouwd in?
De Berlijnse muur was een reactie op
1. een geldhervorming in het westen
2. de goederenstroom van west naar oost
3. de goederenstroom van oost naar west
4. de vluchtelingen stroom van oost naar west
Lees beide uitspraken uit 1945 en kruis het juiste antwoord aan.
I Er is een groot verschil tussen deze oorlog en vroegere oorlogen. Wie nu een gebied bezet, voert daar zijn eigen stelsel in, zover als zijn troepen komen. Een andere mogelijkheid is er niet.

II We gaan de oorlog winnen en we gaan de vrede winnen. Het winnen van de vrede bereiken we door nauwe samenwerking tussen de overwinnaars
1. Uitspraak I is van Roosevelt en uitspraak II is van Stalin
2. Uitspraak I is van Stalin en uitspraak II is van Roosevelt
Berlijn had ten tijde van de muur 3 miljoen inwoners. Bekijk de kaart en kruis de vier juiste zinnen aan.
1. De muur scheidde 2 miljoen Oost-Berlijners van 1 miljoen West-Berlijners
2. De muur scheidde2 miljoen West-Berlijners van 1 miljoen Oost-Berlijners
3. De muur was zo'n 10 kilometer lang
4. De muur was wel 40 kilometer lang
5. West-Berlijn kwam als een eilandje in Oost-Duitsland te liggen.
6. De muur werd het symbool van onvrijheid
In 1962 werd Peter Fechter bij een vluchtpoging naar het westen neergeschoten bij de Berlijnse Muur. Hij bleef zwaargewond liggen maar de Oost-Duitse grenswachten reageerden niet op zijn geschreeuw. Na een uur was hij doodgebloed.
Kruis de 4 juiste zinnen aan.
1. Na de bouw van de muur nam het aantal vluchtelingen af.
2. Oost-Duitsers zoals Peter Fechter waagden hun leven om naar het westen te kunnen
3. Soortgelijke mislukte vluchtpogingen vergrootte de haat tegen de muur.
4. De grenswachten lieten Peter doodbloeden want dat zou afschrikkend werken.
5. Na Peter Fechter waagde niemand het meer om te vluchten
Lees beide stellingen
I West-Berlijn lag na de sluiting van de muur als een eilandje ver van de rest van West-Duitsland.
II West Berlijn werd het voorbeeld van succesvol kapitalisme
1. Beide zijn goed
2. I is goed en II is fout
3. I is fout en II is goed
4. Beide zijn fout
I Tijdens de Koude Oorlog is er een enorme wapenwedloop.
II De wapenwedloop vergt een grote hoeveelheid kennis, geld en grondstoffen
1. Beide zijn goed
2. I is goed en II is fout
3. I is fout en II is goed
4. Beide zijn fout
Oost- en Westblok nemen proeven met kernbommen en ze plaatsen beide aan hun kant van het IJzeren Gordijn duizenden raketten met kernbommen.
Kruis de drie juiste zinnen aan.
1. Tussen oost en west ontstond een afschrikkingsevenwicht
2. Men was bij deze foto al voldoende op de hoogte van het stralingsgevaar.
3. De dreiging van totale vernietiging hielp een wereldoorlog voorkomen
4. Het gebruik van de bom op Hirosjima veroorzaakte generaties lang schade
5. Al de mensen in West-Europa waren blij dat ze onder de Amerikaanse atoomparaplu leefden.
In de planeconomie worden producten van slechte kwaliteit gemaakt. Die producten worden verkocht voor vaste prijzen. Harde werkers verdienen evenveel als luilakken. We kunnen op deze manier niet door gaan. Prijzen van producten moeten gebaseerd zijn op vraag en aanbod. Goede arbeiders moeten meer geld gaan verdienen.

Wie is de schrijver van deze tekst?
1. Stalin
2. Lenin
3. Chroestsjov
4. Brezjnev
5. Gorbatsjov
Onder Gorbatsjov verandert de Sovjetunie en het Oostblok ingrijpend. Kruis de vier juiste zinnen aan.
1. De Koude Oorlog verdwijnt
2. Duitsland wordt één land
3. De Oost-Europese landen schaffen het communistisch systeem af
4. In Oost-Europa en in de Sovjet Unie komen vrije verkiezingen
5. In al deze landen gaat de economie direct snel vooruit
Hoe is de situatie in de Sovjetunie in de jaren tachtig. Kruis de vier juiste zinnen aan.
1. In 1985 wordt Gorbatsjov (54 jaar) de leider van de SU
2. Na 1980 gaat het in Rusland slecht met de economie
3. Na 1980 gaat het in Rusland goed met de economie
4. De leiders voor Gorbatsjov zijn ziekelijk en oud
5. De winkels blijven leeg
6. De leiders voor Gorbatsjov geven veel geld uit aan de consumptie goederen
Hieronder staan een aantal gevolgen van glasnost en perestrojka. Kruis de drie juiste zinnen aan
1. Een goedwerkende planeconomie in de Sovjetunie
2. De roep om meer democratie in Oostbloklanden
3. Stijgende prijzen van levensmiddelen in de Sovjetunie
4. Het openstellen van de Berlijnse Muur
5. Het versterken van de Koude Oorlog
Gorbatsjov heeft het over openheid en het recht om kritiek te mogen uiten. Welk woord gebruikt hij voor openheid?
lees beide stellingen. Kruis het juiste antwoord aan.
I Gorbatsjov wil glasnost, discussie is toegestaan
II Gorbatsjov wil perestrojka, de landbouw moet veranderen
1. Beide antwoorden zijn goed
2. I is fout en II is goed
3. I is goed en II is fout
4. Beide zijn fout
Gorbatsjov vindt dat de Sovjetunie moet veranderen. Je kunt dit herstructureren of hervormen noemen. Welk woord gebruikte Gorbatsjov
Lees beide stellingen en kruis het juiste antwoord aan.
I Gorbatsjov wilde de Russische economie hervormen van een planeconomie naar een markteconomie
II Gorbatsjov wilde de politiek hervormen door de mensen meer vrijheid te geven
1. Beide stellingen zijn juist
2. I is fout en II is goed
3. I is goed en II is fout
4. Beide zijn fout
Lees onderstaande stellingen:
I In de Sovjetunie ontstonden in de jaren tachtig grote veranderingsprocessen
II De Sovjetunie verloor haar leidende rol in het internationale communisme
1. I was een gevolg van II
2. II was een gevolg van I
3. II maakte I mogelijk
4. I en II stonden los van elkaar
Gorbatsjov heeft de Nobelprijs voor de vrede gekregen. Kruis de vijf zinnen aan die daar mee te maken hebben.
1. In 1987 sluiten Gorbatsjov en Reagan een verdrag over minder kernwapens
2. De Sovjetunie trekt zich in 1989 terug uit Afghanistan
3. De landen in Oost-Europa mogen zelf over hun toekomst beslissen
4. Er komt vrijheid van meningsuiting in de Sovjetunie
5. Er mogen in Rusland vrije partijen worden opgericht
6. Gorbatsjov heeft het Warschaupact opgeheven
De invloed van de Sovjetunie in de Oostbloklanden
1. nam toe door de politiek van glasnost en perestrojka
2. nam af door de politiek van glasnost en perestrojka
3. nam niet toe en niet af door de politiek van glasnost en perestrojka
Tijdens de regering Gorbatsjov en vlak erna verdwijnen alle communistische regeringen in Oost-Europa. Kies het juiste antwoord.
1. Dit was precies wat Gorbatsjov wilde bereiken.
2. Dit was een onbedoeld gevolg van glasnost en perestrojka
3. Dit was een bedoeld gevolg van glasnost en perestrojka
Het jaar 1991 is een belangrijk jaar voor de Russen. Kruis de vier juiste zinnen aan.
1. In 1991 vindt in Rusland een democratische revolutie plaats
2. De Sovjetunie wordt opgeheven
3. Er komt een eind aan de communistische dictatuur
4. Gorbatsjov wordt president van de staat Rusland
5. De deelrepublieken van de Sovjetunie verklaren zich onafhankelijk
Bekijk de spotprent en kruis de vier juiste zinnen aan.
1. Het logo hamer en sikkel geeft aan dat dit een slagerij is
2. Het logo hamer en sikkel geeft aan dat Gorbatsjov bij de Sovjetunie hoort
3. Neen, helaas geen worst slaat op de lege winkels in de Sovjetunie.
4. Russische Joden mogen onder Gorbatsjov naar Israël
5. Het Sovjetleger wordt een stuk kleiner
6. Glasnost en perestrojka zijn Russische gerechten
In de Sovjetunie gaat het zo: de overheid zorgt dat alle producten verkocht worden. Het loon van de werknemers hangt niet af van de eindresultaten van het werk: de kwaliteit van het product en de winst.
Wij kunnen op deze manier niet langer doorgaan. Elk bedrijf moet zelf een productie- en verkoopplan opstellen. Er moet concurrentie komen om te voldoen aan de vraag van de consument. Het loon van de werknemers moet afhankelijk zijn van de kwaliteit van het eindproduct en van de winst.
De tekst die je hiernaast ziet staan komt uit een boek dat door een Sovjetleider is geschreven. Kruis aan wie de schrijver is.
1. M. Gorbatsjov
2. J. Stalin
3. Brezjnev
4. Andropov
In 1987 tekenden Gorbatsjov en Reagen een akkoord over vermindering van het aantal kernwapens.

Wat waren voor Gorbatsjov redenen om dit akkoord te tekenen?
Kruis de drie juiste redenen aan.
1. De slecht draaiende Sovjeteconomie was voor Gorbatsjov een reden
2. Gorbatsjov was pacifist en dus tegen kernwapens
3. Gorbatsjov wilde de dure wapenwedloop stoppen
4. Gorbatsjov wilde de Koude Oorlog beëindigen
5. Gorbatsjov wilde de Sovjetunie opheffen
Lees beide stellingen:
I Op 7 oktober 1989 werd het veertigjarig bestaan van de DDR gevierd.
II Er waren massale demonstraties tegen de DDR-regering
1. I was eerst en daarna II
2. II was eerst en daarna I
3. I en II waren gelijktijdig
Hieronder zie je drie Sovjetleiders die met de situatie in Berlijn te maken hebben gehad. Welk rijtje geeft de juist chronologische volgorde weer.
1. 1. Stalin
  2. Chroesjtsjov
  3. Gorbatsjov
2. 1. Chroesjtsjov
  2. Stalin
  3. Gorbatsjov
3. 1. Gorbatsjov
  2. Stalin
  3. Chroesjtsjov
Gorbatsjov voert met glasnost en perestrojka een ander beleid en dit leidt tot grote veranderingen in de wereld. Kruis aan welk drie veranderingen bedoeld waren (de onbedoelde gevolgen kruis je dus niet aan).
1. De verhoudingen met het westen verbeterden sterk
2. Het nieuwe Duitsland wordt lid van de Navo
3. In de Sovjetunie en de Oost-Europese landen komen hervormingen
4. In Polen verliezen de communisten de verkiezingen.
5. De koude oorlog stopt
6. De Sovjet Unie valt uit elkaar
In welk jaar valt de muur?
'In de nacht van 9 op 10 november werden er openingen in de Muur gemaakt. Dramatische veranderingen langs de Duits-Duitse grens volgden. Die tiende november sprak ik op een grote demonstratie. Ik dacht toen aan augustus 1961, toen ik op dezelfde plaats de bittere teleurstelling van mijn medeburgers tot uitdrukking moest brengen. Nu ging het niet meer om van buiten dreigende gevaren te weerstaan. Wat een weg lag er achter ons! We hadden niet alleen geroepen dat de Muur weg moest, maar tegen onszelf en anderen gezegd dat Berlijn ondanks de Muur moest leven. Dit keer waren er vele duizenden "van daarginds" bij. Ik sprak tot hen en schaamde mij niet voor mijn tranen. "De wind van verandering die sinds enige tijd over Europa trekt, heeft Duitsland niet voorbij kunnen gaan. Ik heb altijd geloofd dat de deling door beton en prikkeldraad tegen de stroom van de geschiedenis inging. Berlijn zal leven en de Muur zal vallen!"'
De tekst die hier staat is van Willy Brandt en geschreven in 1990

Lees de tekst en kruis de drie juiste zinnen aan.
1. Met de duizenden van daarginds bedoelt Brandt de Russen
2. Met de duizenden van daarginds bedoelt Brandt de Oost-Duitsers
3. Brandt zegt dat hij zich er al bij had neergelegd dat de muur er was.
4. Met 'de wind van verandering' bedoelt Brandt het beleid van Gorbatsjov
5. Willy Brandt is op 10 november geëmotioneerd
Kruis het rijtje aan waar alle jaartallen kloppen met de gebeurtenissen.
1. 1949 - begin BRD en DDR
  1961 - bouw Berlijnse muur
  1962 - Cubacrisis
  1989 - val Berlijnse Muur
  1990 - eenwording Oost- en West-Duitsland
  1991 - de Sovjetunie valt uit elkaar
2. 1949 - begin BRD en DDR
  1961 - Cubacrisis
  1962 - bouw Berlijnse muur
  1989 - eenwording Oost- en West-Duitsland
  1990 - val Berlijnse Muur
  1991 - de Sovjetunie valt uit elkaar
3. 1949 - begin BRD en DDR
  1961 - Cubacrisis
  1962 - bouw Berlijnse muur
  1989 - eenwording Oost- en West-Duitsland
  1990 - de Sovjetunie valt uit elkaar
  1991 - val Berlijnse Muur
'Wir sind ein Volk' was een leuze van ...
1. de DDR-leiding
2. de BRD-leiding
3. de DDR-bevolking
4. de BRD-bevolking
Na de val van de muur maakt de leuze 'Wir sind das Volk' plaats voor 'Wir sind ein Volk'. Wat bedoelen de demonstranten daarmee.
1. Dit zijn West-Duitse demonstranten die Oost-Duitsland erbij willen hebben
2. Dit zijn Oost-Duitse demonstranten die bij de Bondsrepubliek willen horen.
3. Dit zijn Duitsers die zeggen dat ze als één man achter de regering staan.
In de jaren negentig verandert de rol van de NAVO. Kruis aan welke vier zinnen daarmee te maken hebben.
1. De DDR en Polen worden lid van de NAVO
2. Het Warschaupact wordt opgeheven
3. De Koude Oorlog is voorbij
4. De Europese Unie neemt de militaire taak over.
5. De NAVO bemoeit zich nu meer met vredesoperaties.
6. De NAVO is helemaal niet meer belangrijk
Hoe was de situatie in Nederland vlak na de tweede wereldoorlog? Kruis de 4 juiste antwoorden aan.
1. Na WO2 wordt de VS het leidende land in de westerse wereld
2. Nederland wordt lid van de NAVO (1949)
3. Binnen de NAVO heeft de VS de leiding
4. Nederland blijft, precies zoals tijdens WO 1 en voor WO II neutraal
5. Economisch gaat het slecht met Nederland. Er is in verhouding met andere landen veel oorlogsschade.
6. Economisch gaat het vrij goed. Er is veel vernield in de oorlog dus er is voor iedereen werk tegen een redelijk loon.
De wereld na de tweede wereldoorlog veramerikaniseert. Wat bedoelen we daarmee? Kruis de twee juiste zinnen aan.
1. De Amerikaanse manier van leven overspoelt de wereld.
2. De Amerikaanse cultuur wordt het meest van alle culturen door andere landen overgenomen.
3. Iedereen is erg gesteld op de Amerikanen.
4. Steeds meer landen sluiten zich bij de VS aan waardoor het aantal sterren op de vlag van de VS na WO2 sterk toeneemt.
In 1949 wordt de NAVO opgericht. Kruis de 4 juiste zinnen aan
1. Nederland wordt direct lid van de NAVO
2. Nederland wordt geen lid van de NAVO en blijft net als Zweden neutraal
3. De NAVO is een bondgenootschap opgericht tegen de Sovjetunie
4. De NAVO is een verbond van landen die alles uitvoeren wat de VS wil
5. Binnen de NAVO heeft de VS de grootste invloed
6. De legers van de NAVO-landen oefenen soms samen
Bekijk de foto en probeer dan na te gaan uit welke tijd deze foto komt.
1. eind jaren veertig
2. eind jaren vijftig
3. eind jaren zestig
4. eind jaren zeventig
Elvis Presley heeft grote invloed op de jeugd in Nederland gehad. Kruis de drie juiste zinnen aan.
1. Elvis wordt het popidool van de jaren vijftig
2. Elvis wordt het popidool van de jaren zestig
3. Jongeren kleden zich zoals Elvis
4. De muziek die Elvis maakte staat bekend als rock-'n roll
5. De muziek van Elvis hoort bij de Jazzmuziek
In Nederland krijgen we naar Amerikaans voorbeeld: de tv, draagbare radio, grammofoonplaten, auto’s, koelkasten, supermarkten, computers, Hollywood films, wasautomaten, afwasmachines enz. enz. De invloed van Amerika na de Tweede Wereldoorlog is erg groot. Met welk woord wordt die wereldwijde invloed van Amerika wel aangeduid?
Hoe heet het Amerikaanse herstelplan van vlak na de Tweede Wereldoorlog?
Hoe denkt men over het algemeen in de jaren veertig, vijftig en zestig over de VS? Zoek de juiste combinaties.
1. De jaren veertig - De Amerikanen zijn onze bevrijders
  
  De jaren vijftig - De VS is volmaakt en het communisme deugt niet
  
  De jaren zestig - Amerika is niet in de ogen van iedereen foutloos
2. De jaren veertig - De VS is volmaakt en het communisme deugt niet
  
  De jaren vijftig - De Amerikanen zijn onze bevrijders
  
  De jaren zestig - Amerika is niet in de ogen van iedereen foutloos
3. De jaren veertig - Amerika is niet in de ogen van iedereen foutloos
  
  De jaren vijftig - De VS is volmaakt en het communisme deugt niet
  
  De jaren zestig - De Amerikanen zijn onze bevrijders
Er is in de jaren vijftig maar één politieke partij die kritiek heeft op de Verenigde Staten. Welke partij is dat en welke kritiek hebben ze. Kruis de 4 juiste zinnen aan.
1. Volgens hen zijn de VS kapitalistische imperialisten
2. Met geld zorgen de VS voor afzetgebied en ze steunen rechtse regimes
3. Met Marshallhulp versterken de VS de onafhankelijkheid van de landen.
4. De CPN (Communistische Partij Nederland)
5. De PvdA (Partij van de Arbeid)
6. Deze partij had ongeveer 4% van de Nederlanders achter zich.
Het symbool wat je hier ziet werd in de jaren zestig bij een deel van de bevolking erg populair. Je zag het op affiches, op muren of bijvoorbeeld als afbeelding op ringen e.d. Waar slaat dit symbool op.
1. Het is het symbool voor aanhangers van het communisme
2. Het is het symbool van mensen die tegen de bewapeningswedloop zijn
3. Het is het symbool voor het plaatsen van kernwapens in Nederland
4. Het is het symbool tegen het oprukkende communisme in de wereld.
Hier zie je een foto van Boudewijn de Groot en een stukje van een protestsong tegen de oorlog. Lees het stukje en kies het juiste antwoord.

Welterusten, meneer de president

Schrik maar niet te erg, wanneer u in uw dromen
al die schuldeloze slachtoffers ziet staan,
die daar ginds bij het gevecht zijn om gekomen
en u vragen hoe lang dit nog zo moet gaan.
En u zult toch ook zo langzaam aan wel weten
dat er mensen zijn die ziek zijn van ‘t geweld,
die het bloed en de ellende niet vergeten,
voor wie nog steeds een mensen leven telt.
Droom maar niet te veel van al die dooie mensen,
droom maar fijn van overwinning en van macht.
Denk maar niet aan al die vredeswensen,
meneer de president, slaap zacht.
1. Met meneer de president wordt de president van de Sovjetunie bedoeld.
2. De protestsong waarschuwt tegen het oprukkende communisme
3. De soldaten vechten voor de glorie en de eer van hun eigen vaderland
4. Dit lied is een protestsong tegen de oorlog in Vietnam.
Hier zie je een paar Europese leiders met een stuk staal in hun handen. Deze afbeelding past het beste bij?
1. de EGKS
2. de EG
3. de EU
Deze mevrouw krijgt als eerste 65 plusser AOW. Hoe noemen we een land waar mensen verzorgd worden van de wieg tot het graf?
Wie is deze president op de foto en wanneer was hij president?
1. Dit is Kennedy en hij was president van de VS van 1961 - 1963
2. Dit is Reagan en hij was president van de VS van 1981 - 1989
3. Dit is Gorbatsjov en hij was de leider van de SU van 1985 - 1990
Dit is het logo van?
1. de VN
2. de VS
3. de SU
4. de NAVO
Wie is deze president op de foto en wanneer was hij president?
1. Dit is Kennedy en hij was president van de VS van 1961 - 1963
2. Dit is Reagan en hij was president van de VS van 1981 - 1989
3. Dit is Gorbatsjov en hij was de leider van de SU van 1985 - 1990
Welk woord past het beste bij dit plaatje?
1. dekolonisatie
2. kolonialisme
3. imperialisme
4. amerikanisering
Dit plaatje hoort bij de twede feministische golf. Wanneer was die?
1. 1890 tot 1917
2. tijdens de jaren zestig
3. tijdens de dertiger jaren
Deze organisatie bestaat uit 15 landen. Vijf daarvan zitten er permanent in dit is de....?
Hoe noemen we het streven van de Joden om een eigen land voor het Joodse volk te stichten.
1. zionisme
2. de Palestijnse droom
3. de Heilige Landstichting
In 1947 werd Palestina verdeeld tussen de Joden en de Palestijnen. Wie hadden dit verdelingsplan gemaakt?
1. de VN
2. de VS
3. de SU
4. de Veiligheidsraad
In 1978 ondertekenen Egypte en Israël een vredesakkoord. Hoe heet dat akkoord?
Hier zie je de ondertekenaars van het Camp Davidakkoord. Kruis de juiste namen van links naar rechts aan.
1. Sadat - Carter - Begin
2. Begin - Sadat - Carter
3. Carter - Sadat - Begin

Historisch Overzicht H.1,2,3,4 en 5

Meerkeuze- en invuloefening