Nederland werd na de Franse tijd een 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke monarchie onder het huis van Oranje, samen met België. De zoon van de laatste stadhouder werd in 1813 koning Willem I. Hij had bijna alle 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke.
Toen hij aftrad, bleek hij zoveel geld te hebben uitgegeven, dat Nederland bijna failliet was. De liberalen eisten daarom dat het 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke de staatsuitgaven kon controleren. Maar de nieuwe koning Willem II voelde niets voor veranderingen. Pas toen er in 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke opstanden uitbraken, gaf hij opeens toe. De liberaal 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke maakte een nieuwe grondwet, waarbij de macht bij het parlement kwam en de burgerlijke grondrechten werden vastgelegd. Het parlement werd voortaan gekozen door de 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke. Eerst hadden alleen 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke stemrecht. De socialisten en feministen protesteerden hiertegen en vanaf 1887 werd het stemrecht uitgebreid. In 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke kwam er 18481919algemeen kiesrechtburgersconstitutionelemachtparlementrijke mannenThorbecke voor mannen en vrouwen.