Verhalen
81 DE KONING VAN WARFSTERMOLEN
Heel kort geleden en heel dichtbij woonde er in het land van Warfstermolen een koning. Die koning zat heel droevig op z'n troon. De mensen noemden hem koning Leegland, omdat z'n land leeg liep.
"Vroeger had ik nog 470 onderdanen", sprak de koning tegen z'n lakei.
"En nu zijn er minder dan 300", sprak de lakei, die ook droevig was want hij was bang zijn baan kwijt te raken.
"Vroeger had ik nog twee winkels en er kwamen zeven bakkers langs de deuren en de smid had vier knechten", sprak de koning.
"Ja, en de laatste winkel gaat ook dicht", sprak de lakei.
"Wat zeg je me daar?"
De koning sprong van z'n troon.
"De laatste winkel dicht? Hebben we nu alleen nog maar een café en één patatkraam? Daar moeten we meteen iets aan doen. Zet een grote advertentie in de krant."
"Wat moet daar dan instaan?", sprak de lakei.
"Er moet instaan: De koning van Warfstermolen zoekt een winkelier voor weinig, maar tevreden, klanten."
Toen de koningen van Burum, Munnekezijl en Pieterzijl de advertentie lazen, stuurden ze snel hun winkeliers bij de onderdanen in Warfstermolen langs om klanten te krijgen, zodat er in Warfstermolen geen winkelier kwam.
Je snapt wel dat de koning toen heel erg droevig werd en hij verbood zijn prinsen om nog langer met de prinsen van Burum en Pieterzijl bij de 'Lauwers' te voetballen.
"Wel", dacht de koning, "dan moeten er maar acht nieuwe huizen gebouwd worden."
Maar toen het in Kollum bijna voor elkaar was, pikte de koning van Munnekezijl ze nog net in en daar stonden ze jaren leeg.
Je begrijpt dat koning Leegland wel knappen kon van woede. Hij bulderde zo hard dat ze er in Kollum bang van werden en toch maar besloten om zes huizen in Warfstermolen te bouwen want anders waren er ongelukken gebeurd.
Toen kwamen dan eindelijk de nieuwe woningen, en mooi dat ze werden. Wel een hoge huur, maar mooi. Alle onderdanen liepen er met open mond langs en daarna liepen ze meteen door naar de koning, zo graag wilden ze erin. Al snel waren de huizen vol.
"Maar dit is de bedoeling niet", sprak de koning. "Ik moet meer inwoners hebben. Wat moet ik nou toch doen?"
"Zeg dat er gas in de grond zit, of olie", sprak de lakei.
"Nee, dat kan niet", meende de koning, "dan spitten ze al het land om en boren diepe gaten. Dan krijg ik ruzie met m'n boeren."
"Ga dan eens naar meneer Beterweter", sprak de lakei.
"Misschien dat die er iets op weet."
Nu woonde er aan de Leegsterweg op nummer 56f (juist naast de meester, op het land van Grijpma) een heel vervelend kereltje. Als iemand iets vertelde zei hij altijd: 'Dat weet ik wel beter.' Vandaar dat het hele dorp hem Beterweter noemde. Behalve de postbode wist niemand z'n echte achternaam.
Beterweter was ook bij de zangvereniging en daar zong hij de derde stem. Vroeger had hij de tweede stem gezongen, maar hij was het toen steeds met de dirigent oneens. Nu heeft de dirigent nog steeds plezier van z'n gelukkige ingeving om Beterweter in z’n eentje de derde stem te laten zingen. Die derde stem mag hij naar eigen goedkeuren ten gehore mag brengen en daarmee waren de ruzies voorbij. Beterweter zong nooit van papier. Stel je voor, de mensen mochten eens denken dat hij het anders niet wist.
Je zult het wel met me eens zijn, dat Henk Beterweter een vervelend ventje was en zo dacht de koning daar ook over. Maar "enfin", zei de koning, "misschien kan beterweter mij een goed idee leveren. Ook kan ik hem meteen even vragen mij de kwitanties van Dorpsbelang en de Oranjevereniging te laten zien, want als de mensen dat niet betalen kan ik natuurlijk wel ophouden te regeren."
Zo stapte koning Leegland op een regenachtige avond in januari de Leegsterweg in.
"Bah, wat een misselijke naam, Leegsterweg!", mompelde de koning, "het moest hier ook Flatwijk heten."
De koning belde bij Beterweter aan en deze deed zelf de deur open. Hij moest de deur zelf wel open doen, want er was geen enkele vrouw die het langer dan twee weken bij hem uithield. De koning zei:
"Zo Henk (om politieke redenen zei hij niet Henk Beterweter), ik kwam jou om raad vragen."
“Dan bent u hier aan het goede adres koning”, zei Beterweter.
Toen de koning in de stoel zat, zei Beterweter:
"Koning vertel mij uw probleem?"
"Nou, het zit zo " zo sprak de koning, "weet jij ook een manier om mijn dorp weer vol mensen te krijgen, zodat er weer meer winkels komen en de school weer vol met kinderen? “Henk ik maak mij zorgen om Warfstermolen. Moet ik hier misschien een militair oefenterrein laten openen?"
"Oh nee koning, nee, sprak Henk Beterweter. Ik zal hier lang over na denken en dan weet ik wel iets beters. Zodra ik het heb, kom ik bij u"
Een maand later zette Henk een ingewikkeld apparaat met een digitale klok op de tafel voor het gezicht van de verbaasde koning. “Koning Leegland, dit is de oplossing.
"Kijk, één druk op deze groene knop en de tijd loopt in warfstermolen weer terug. Er komen weer 500 inwoners. Op school komen weer 75 leerlingen. Er komenw eer twee kruidenierwinkels en een warme bakker".
"Maar dat kan toch niet?", sprak de koning. "Dat is toch geen oplossing. De tijd weer terug laten lopen? Wat zal dat ook een raar gezicht zijn"
"Oh dat is gewoon even wennen en het is wel precies wat u allemaal wilt. Eén druk op deze knop en al uw wensen worden vervuld."
"Ja, ja als je het zo bekijkt.... Ik zie anders ook geen enkele oplossing voor mijn mooie Warfstermolen. De koning aarzelde nog even en sprak toen: “Dan moet het maar. Het kan zo ook niet langer, want als ik niets doe, blijft er niets over."
Met bevende hand en vol spanning drukte hij op de knop. En... ja hoor, het werkte.
De koning trok z’n hand bevend terug. Hij aarzelde even en liep toen achteruit naar huis. De nieuwe huizen werden afgebroken. De prinsen voetbalden weer bij de Lauwers.
Bij het dorpsfeest in '76 deed zich iets merkwaardigs voor. De mensen holden om het hardst en kwamen tegelijk bij de start aan, maar dat gaf niet want iedereen kreeg z’n bijdrage aan het feest terug.
De bakkers haalden de broden weer op en gaven het geld terug. Je staat er versteld van wat de mensen niet uit hun monden haalden, voor een vermogen.
De winkels gingen weer open en de smid had weer vier knechten. Op school kwamen weer meer kinderen. De scheuren in de muren gingen dicht en zondags in de kerk was het ook voller.
De koning werd steeds jonger en moest uit eindelijk weer naar school. Het laatste woord dat hij daar vergat was "aap" van het bekende leesplankje.
Op zekere dag lag de koning als een prins te slapen in de wieg en toen postbode Triemstra alle geboortekaartjes opgehaald had.., toen..., toen heeft niemand meer iets van hem gehoord. Maar van Warfstermolen hoor je nog wel eens iets.
Of weet jij niet waar dat ligt..? Nee...? Nou zoek dat dan maar eens in de Bosatlas op en als het niet meer op de kaart staat, dan weten ze er bij de gemeente in Kollum meer van.
± 1981